Het kasteel van Horst sloot in januari 2017 de deuren nadat een deel van de historische latrine instortte. Wat volgde was een uitgebreid onderzoek naar de stabiliteit van de houtconstructies en het metselwerk. Deze zomer werd een dam aangelegd rond het kasteel om ook de historische fundering te bestuderen. Wat leren we uit dit recent onderzoek en wat is hiervan de impact op de grote restauratiewerken die op til zijn?
Waarom is archeologisch vooronderzoek nodig?
Voordat de echte restauratiewerken van een erfgoedplek starten, zijn er vooronderzoeken nodig. Die studies helpen om nadien de juiste restauratiekeuzes te maken.
Het kasteel van Horst is een waterburcht. Historisch gezien werd het kasteel omgeven door een slotgracht. Vandaag sluit de gracht aan op een grote vijver. De funderingen van het kasteel bevinden zich dus grotendeels onder water. Om ze te onderzoeken moet het water tijdelijk weggepompt worden. Dit is een technisch uitdagende ingreep. Je kan het water namelijk niet zomaar wegnemen omdat er dan een enorm drukverschil op de muren van het kasteel ontstaat.
Een onderzoek van de funderingen kon enkel uitgevoerd worden na aanleg van een dam. Deze werd in juni 2020 aangelegd door eigenaar ANB, in een samenwerking met Herita vzw.
Op welke plekken hebben archeologen gezocht?
Om het stabiliteitsonderzoek naar de funderingen uit te voeren legden archeologen prospectieputten aan. De voorbije maanden (fase 1) werden al 3 werkputten gegraven op locaties die verband houden met de bouwgeschiedenis van het kasteel.
Zo werd er bijvoorbeeld gekozen voor een plek waar een vleugel stopte en waar, in een latere periode, een nieuwe vleugel werd aangebouwd. In fase 2 zullen wetenschappers op 10 plekken zoeken waar mogelijk stabiliteitsproblemen te verwachten zijn, zoals aan de ronde toren en de toegangsbrug van het kasteel.
Historische toiletten
Tijdens de aanleg van de dam werd ook slib uit het water onderzocht. Dit gebeurde op strategische plekken zoals in de buurt van de historische toiletten en de brug van het kasteel. Het is niet onlogisch dat er hier in de loop van de geschiedenis van het kasteel artefacten vanop de brug of via de latrine in de gracht terecht zijn gekomen. De vondsten geven ons mogelijk een inkijk in het alledaagse leven in het kasteel.
Wat werd er ontdekt?
Dankzij de eerste werkput weten we dat op die plek de fundering uit natuursteen en baksteen bestaat. Het gaat om grote blokken ijzerzandsteen. Sommige blokken werden bewerkt met een beitel. Dankzij de bewerkingssporen kunnen we de stenen dateren. Vermoedelijk werden deze funderingen in de 13de/14de eeuw gebouwd. De fundering bleek best diep: zo'n 1,70 m.
In werkput 5 bestaat de fundering enkel uit bakstenen en zien we de aanzet van een spaarboog. Ze moest dus een extra grote druk opvangen. We hebben nu een duidelijk zicht op de fundering van de binnenmuur en de fundering van de haard. De fundering is opnieuw diep, tot wel 2,30m!
De laatste werkput in het kasteel bevat een fundering uit baksteen en natuursteen, die maar liefst 2,90m diep gaat. De fundering vormt hier een hoek en dat is niet verrassend aangezien er aan de buitenzijde is een duidelijke bouwnaad zichtbaar. Het kasteel stopte hier dus ooit. In een latere fase werd er een nieuwe vleugel bijgebouwd.
Wat kunnen we hieruit leren?
De aangetroffen funderingen behoren volgens de eerste bevindingen tot de bouwfasen van de huidige opstaande gebouwen. Ze bleven gaaf bewaard en werden nadien niet meer verstoord.
De funderingen zijn vrij diep gebouwd. Dat is voorlopig goed nieuws voor de toekomst van het kasteel. De stabiliteitsingenieur zal nu nog een interpretatie maken voor we uitspraken kunnen doen over de algemene stabiliteit van het kasteel van Horst zodat we de aannemer de juiste inschatting kan maken voor de restauratiewerken.
Er werden weinig archeologische artefacten of ‘vondsten' opgegraven. Bij het onderzoek naar de prospectieputten werden er twee scherven gevonden in Langerwehe steengoed. Ook het slib werd onderzocht. Daar vonden archeologen een mandje vol objecten. Uit een eerste analyse lijken de objecten uit de 18de eeuw te komen. De vondsten worden naar het depot van de provincie Vlaams -Brabant gebracht voor bewaring.
Werden er ook onbenullige zaken gevonden?
Onbenullige dingen bestaan voornamelijk uit erg recente spullen die dus geen archeologische waarde hebben. De archeologen groeven aan de brug namelijk ook flessen, plastic bekertjes en Stella Artois glazen op. Die werden niet door een vroegere kasteelbewoner, maar door slordige bezoekers van de brug gegooid.